Il Grand' Inquisitor

Schubertdag in deSingel

De dag begon om 11 uur 's morgens en eindigde meer dan 10 uur later. Een hele dag Schubert... je kan je toch geen mooiere muzikale zondag voorstellen. De jaarlijkse componistendag van deSingel was dit seizoen gewijt aan de meest menselijke aller componisten waarbij alle aspecten van zijn oeuvre aan bod kwamen.

Er waren een aantal grote vocale blokken, afgewisseld met kamermuziek zoals het bekende "Forellenkwintet" of het "Octet in F" waarmee de dag begon, uitgevoerd door solisten van deFilharmonie. deFilharmonie sloot de dag ook af met de lichtvoetige Zesde Symfonie (de eerste beweging zou niet misstaan als ouverture van een of andere komische opera) en de Vijfde Mis.

Schubert zou deze Mis zijn beste werk gevonden hebben. Het is een grote koormis, uitgevoerd door het Collegium Vocale, met een relatief beperkte inbreng van de solisten. De grootste naam in de solistenbezetting was bariton Florian Boesch, die wat verloren leek te lopen naast de mooie mezzo van Wiebke Lehmkuhl of de tenor met Mozart-elegantie van Sebastian Kohlhepp. Het was echter vooral Ilse Eerens die opviel met haar zilveren sopraan.

Op de middag hadden Boesch en Eerens zich ook al kunnen uitleven in grotendeels vergeten aria's. In dit concert werden ze begeleid door deOrkestacademie... een nieuw orkest met conservatoriumstudenten, aangevuld met muzikanten van deFilharmonie op de eerste pupiters. Florian Boesch maakte een veel betere indruk in de dramatische aria O könnt ich, Allgewaltiger uit het oratorium Lazarus. Ilse Eerens gaf vervolgens een innige vertolking van Ich schleiche bang und still, wat af en toe ook als Lied uitgevoerd wordt.

Het mooiste concert van de dag kwam in de late namiddag met een aantal koorliederen. Het is een repertoire dat zelden te horen is. Een aantal jaren geleden heeft Collegium Vocale meegewerkt aan Ruhe van Muziektheater Transparant, waarbij ze ook Schubert-koorliederen zongen. De variëteit aan koorliederen werd mooi uitgespeeld: van een a capella-Lied voor mannenkoor als Lützows wilde Jagd over het oriëntaalse Klage um Ali Bey voor vrouwenkoor tot Mirjams Siegesang met solist. Die soliste was weer Ilse Eerens, die op het laatste moment insprong voor de aangekondigde, maar grieperige, Ania Vegry.

Op een Schubertdag mag Graham Johnson natuurlijk niet ontbreken. In vorige deSingel-seizoenen heeft hij al vaker lezing-recitals gegeven. In zijn lezing gisteren had hij "Schubert en de werkmens" gekozen. Je kan moeiteloos een namiddag vullen met liederen over grafgravers, schippers en vissers, molenaars, herders en dies meer. In vergelijking met eerdere lezingen, ging Graham Johnson wel niet zo diep in op alle details. Op één uitzondering na, werden alle liederen ook volledig uitgevoerd, terwijl hij anders soms bijvoorbeeld maar één strofe liet horen om iets te illustreren.

Voor de vocale illustratie had hij ook weer drie zangers meegebracht. Geraldine McGreevy was niet echt goed bij stem, ondanks haar totale emotionele inleving. In de hoogte was ze schreeuwerig, in de onbekendere liederen zoals Fischerlied kwam ze onzeker over alsof ze de partituur voor het eerst zag. Tenor Robin Tritschler had dan weer moeite om de zaal te vullen. Bariton Benjamin Appl had aanvankelijk hetzelfde probleem met de akoestiek van de Blauwe Zaal, maar vond heel snel zijn draai. Hij was trouwens ook de enige die al de liederen zonder partituur zong.

Publicatie: maandag 2 maart 2015 om 11:34
Rubriek: Concert