Il Grand' Inquisitor

Cavalleria rusticana en Pagliacci in de Munt

Het is van 2002 geleden dat de Munt het tweeluik Cavalleria rusticana en Pagliacci opgevoerd heeft (toen weliswaar in het Koninklijk Circus). Maar met de mooie enscenering van Damiano Michieletto en het zinderende orkest onder leiding van Evelino Pidò bewijzen ze dat er toch nog plaats is in de Munt voor het populaire volbloed-Italiaans operarepertoire.


Mamma Lucia, Turiddu (foto © Forster)

Michieletto kennen we van zijn recente enscenering van L'elisir d'amore en deze Cav-Pag is even geïnspireerd. Hij verbindt de twee opera's tot één productie: we zijn in een Italiaans dorpje waar Mamma Lucia een bakkerij heeft. Een van haar bakkers is Silvio die op het dorpsplein Nedda ontmoet, terwijl ze met Beppe aan flyeren is voor hun voorstelling van "Pagliaccio". Omgekeerd duiken ook Mamma Lucia en (de zwangere) Santuzza even op in het tweede deel. Naast een vlotte enscenering viel ook de geloofwaardige personenregie op.

Voor Cavalleria heeft de Munt een dubbele bezetting voorzien voor de twee protagonisten. Ik hoorde de tweede bezetting. Zoals gewoonlijk was Alex Penda weer een totale misbezetting als Santuzza. Ze boetseert omslachtig elke noot, waardoor er weinig lijn in haar vertolking zit. Ik had ook constant het gevoel dat ze een fractie van een seconde na het orkest zong. Haar hoge en lage noten klinken enkel goed als ze ze voorbereid kan plaatsen. Zo niet, verdwijnen ze in het orkest.

Dimitri Platanias was een paar jaar geleden nog een uitstekende Rigoletto. Als Alfio liet hij enigszins te wensen over. Zijn dramatisch timbre is er nog, maar hij mist wat slagkracht om van "Il cavallo scalpita" een echt aangrijpend stuk te maken. Leonardo Caimi (we hebben hem eerder gehoord als Pinkerton) brengt daarentegen wel bakken squillo mee voor Turiddu. Hij maakt meteen indruk met een zonnige tenor en een stralende Siciliana.


Canio, Nedda, Tonio (foto © Forster)

Een zanger die er ook meteen moet staan is Tonio in Pagliacci als hij de proloog "Si puo?" zingt. Ik heb altijd bedenkingen gehad bij Scott Hendricks, maar deze rol zingt hij fantastisch. Zijn grote aria zit vol meeslepende details en hij zwelgt in het gebruik van heerlijke portamenti. Als Tonio/Taddeo ontpopt hij zich tot het sardonische broertje van Iago. Hij was voor mij de ster van de avond.

Tenminste... als we even abstractie maken van het kleine rolletje van Beppe. Tansel Akzeybek heb ik ooit nog als een honingzoete Almaviva gehoord. Hij heeft nog niets van die vocale verleidelijkheid verloren en zingt als Arlecchino een waanzinnig mooie serenade "O Columbina, il tenero fido"... een soort Schipa-stem om bij weg te smelten.

Het onfortuinlijke koppel waar het allemaal om draait, was ook uitstekend bezet. Carlo Ventre zingt Canio met een grote stem en veel italianità. Simona Mihai was een fris klinkende Nedda met een expressieve sopraan waarmee ze elk woord van "Stridono lassù" mooi wegbijt, al heeft ze nog werk om haar trillers in orde te krijgen.

Publicatie: donderdag 8 maart 2018 om 18:53
Rubriek: Opera