Il Grand' Inquisitor

Falstaff in München

Hoe had ik de (Verdi-)Opernfestspiele beter kunnen afsluiten dan met Verdi's ultieme meesterwerk Falstaff ?

Ik had de productie van Eike Gramss een aantal jaren geleden al eens gezien en ik vind ze nog altijd even schitterend. Met een minimum aan middelen, creëert hij een Windsor waar bijna iedereen kilts of kleding met Schotse ruiten draagt. Het podium is heel simpel gehouden met een gehelde houten cirkel op een draaiplatform. Enkele attributen, zoals een zetel, een paar wasdraden en natuurlijk een wasmand, vervolledigen het plaatje. Alles moet dan ook van het acteerspel en de vocale prestaties van de zangers komen... en dat doen ze schitterend.

Vorige keer vond ik Ambrogio Maestri nog niet helemaal overtuigend als Falstaff. Ondertussen heeft hij zich zo vereenzelvigd met de rol, dat alles perfect op zijn plaats valt. Hij speelt met de tekst, zijn gelaatsuitdrukkingen en houding versterken volledig zijn vertolking en hij schrikt er niet voor terug om vocale effecten te gebruiken als de tekst daar om vraagt... en dat beperkt zich niet tot het gebruik van een mooi falsetto als hij bijvoorbeeld Alice nadoet, maar ook overslaande stemmetjes of rauwe geluiden. Daarnaast kan hij ook zijn stem gigantisch laten bulderen aan het begin van "L'onore! Ladri!" of verleidelijk laten klinken in "Quand'ero paggio" of vol verwachting en vreugde "Va, vecchio John" zingen. Hij is een complete Falstaff in al zijn aspecten.

Michael Volle is ver verwijderd van een klassieke Verdi-bariton. Zijn vertolking van Ford wordt wel gekenmerkt door veel kleurschakeringen en inzet. Maar "E sogno? o realtà" is vooral rauwe jaloezie, woede en verontwaardiging. Dat is natuurlijk een begin, maar ideaal zou er ook iets van teleurstelling of verdriet kunnen weerklinken. Daniil Shtoda was de zwakkere schakel in deze bezetting. Zijn Fenton klinkt niet vrij genoeg, alhoewel "Dal labbro il canto estasiato vola" toch redelijk puur gezongen werd.

De lustige vrouwtjes worden uiteraard aangevoerd door de Alice van Anja Harteros. Ze heeft wel geen aria's te zingen, tenzij de vertelling van de legende in het derde bedrijf, alhoewel dat eerder een recitatief is. Haar grote, romige stem is wel aanwezig in alle ensembles. Een van haar mooiste momenten is als ze, op het einde van het eerste bedrijf, de zin uit Falstaffs brief - "ma il viso mio su lui resplendera come una stella" - parafraseert. Het duurt maar een paar maten, maar in al de opwinding over hoe ze Falstaff een neus gaan zetten, zet ze even de tijd stil met iets van weemoed in haar stem...

Elena Tsallagova, het sluwe vosje van Parijs, is een jeugdige Nanetta. Als de Elfenkonigin zingt ze "Sul fil d'un soffio etesio" met frisheid en mooie lange frases. En dan is er nog het fenomeen Marie-Nicole Lemieux. Ze amuseert zich te pletter als Mrs Quickly en steelt gewoon de show van iedereen die het ongeluk heeft om samen met haar te moeten zingen. Ze is hilarisch in haar scène met Falstaff en ongelooflijk grappig als ze die scène vertelt aan de andere vrouwen.

Fabio Luisi legde tenslotte alle orkestrale texturen van Verdi's meest originele partij bloot. Ik had me inderdaad geen mooier slot van de Opernfestspiele kunnen wensen...

Publicatie: woensdag 29 juli 2009 om 12:40
Rubriek: Opera