Il Grand' Inquisitor

Fra Diavolo in Luik

Daniel François Esprit Auber is bij elke Belg bekend uit de geschiedenislessen als de componist wiens grand-opéra La muette de Portici mee aan de wieg van België heeft gestaan. Auber is echter ook de componist die bij de pioniers van de opéra-comique hoorde. Zijn bekendste exemplaar daarvan is ongetwijfeld Fra Diavolo. De Waalse Opera voert een co-productie met de Parijse Opéra-Comique op... als laatste voorstelling voor de 18 maanden lange sluiting voor renovatiewerken. Mazzonis kwam voor de voorstelling zelfs even op het podium om ons even aan dit historische feit te herinneren (en tegelijkertijd reclame te maken om toch vooral te volgen naar het "Palais Opéra de Liège").

Fra Diavolo is het verhaal van Zerline, de dochter van de herbergier Mathéo, die op het punt staat te trouwen met een rijke boerenzoon. Ze wil echter liever trouwen met de (arme) soldaat Lorenzo. Het rijke Engelse paar Lady Pamela en Lord Cockburn arriveren in de herberg om te overnachten en worden gevolgd door een "Markies". Die markies is eigenlijk de vermomde bandiet Fra Diavolo die uit is op het goud van de Engelsen. Uiteindelijk slaagt Lorenzo erin om Fra Diavolo in de val te laten lopen en kan hij toch met Zerline trouwen.

Jérôme Deschamps, tevens directeur van de Opéra-Comique, heeft een propere productie neergezet. Hij neemt wel nogal vaak een toevlucht tot de sta-en-zing-benadering, al dan niet met brede gebaren. Zerlines grote aria van het tweede bedrijf is een klassiek geval van een enscenering voor doven en slechthorenden. In het geval van Fra Diavolo zijn die poses duidelijk zo bedoeld. Deschamps maakt er een bandiet van met de elegantie van een Errol Flynn.

Op een enkele uitzondering na, is deze Fra Diavolo meer dan behoorlijk bezet. Kenneth Tarver leent zijn slanke tenor voor een stijlvolle uitvoering van de bandiet. Sumi Jo was beter dan verwacht als Zerline. Haar meest recente optredens in de Munt waren niet echt overtuigend. Maar ze kan nog charmant uit de hoek komen in deze rol. Ook vocaal laat ze zo goed als geen steken vallen. De enige problematische zanger was de tenor Antonio Figueroa. Als Lorenzo klinken enkel zijn hoge noten goed. De rest van zijn stem projecteert voor geen meter. Bij de kleinere rolletjes moet Doris Lamprecht als de Lady opgemerkt worden, maar vooral het mooie bastimbre van Vincent Pavesi als Mathéo.

Publicatie: woensdag 29 april 2009 om 21:34
Rubriek: Opera