Il Grand' Inquisitor

Konstantin Krimmel in Schwarzenberg

Twee dagen eerder, was Christoph Prégardien zijn recital begonnen met de grote Schiller-ballade Die Bürgschaft. Gisteren eindigde Konstantin Krimmel zijn recital met de nog langere ballade van Der Taucher. Julius Drake zat weer aan de piano.


(foto © Schubertiade Schwarzenberg)

Drake zit alleen aan de piano en speelt de inleiding, terwijl Krimmel het podium opgewandeld komt en als een bard het lied inzet: "Wer wagt es, Rittersmann oder Knapp, zu tauchen in diesen Schlund!", laat hij de koning met sardonisch genoegen zingen. De toon is gezet voor een dramatische uitvoering van de 25 minuten durende Taucher-ballade. Nadat de koning een tweede keer ongeduldig aandringt, staat een "Edelknecht" op. Krimmel geeft hem een plechtige klank, zingt met een zekere bewondering voor deze dappere knecht. Daarna komen we terecht in een draaikolk van emoties terwijl de jongeman onderduikt en wel heel lang onder water lijkt te blijven.

Als hij uiteindelijk opduikt, is jubel zijn deel. Uitgeput laat Krimmel hem "Lang lebe der König!" zingen, waarna de duiker zijn relaas doet van wat hij onder water allemaal gezien heeft. Met een slijmerige klank beschrijft hij de "Salamandern und Drachen", vol kleurrijke afschuw de haai... "des Meeres Hyäne". De koning wil meer en daagt hem uit om opnieuw te duiken, en voegt de hand van zijn dochter toe aan het aanbod. De prinses probeert haar vader nog op andere gedachten te brengen, Krimmel haalt zijn zoetste stem boven voor haar pleidooi. Maar de jongeling duikt - "und stürzt hinunter auf Leben und Sterben" - en we horen een Alberich-incarnatie in Krimmels stem. De tweede duik horen we geëvoceerd in Drakes tussenspel, een tussenspel dat vooruitkijkt naar Hugo Wolf. Vergeefs wacht men op een goede afloop, "doch den Jüngling bringt keines wieder".

Staande ovatie.

Een uitvoering van Der Taucher - en zeker een doorleefde zoals hier - is altijd iets speciaals. Maar ook de rest van de avond had Krimmel weer allerlei moois laten horen. Van een perfecte Der Wanderer over een razende Der Schiffer tot een in zichzelf gekeerde Der Pilgrim. Am Bach im Frühlinge krijgt een trieste ondertoon, de herhaling van de eerste strofe wordt licht versierd. Het Rellstab-lied Auf dem Strom werd uitgevoerd met cello in plaats van de gebruikelijke hoorn, waarbij de zanger en cellist om hetzelfde akoestisch frequentiegebied vechten... ten koste van Krimmel.

Twee Schubert-bisnummers, Abendstern en Willkommen und Abschied, maakten het recital compleet.

Publicatie: dinsdag 29 augustus 2023 om 10:37
Rubriek: Liedrecital