Il Grand' Inquisitor

Tristan und Isolde in Antwerpen

Opera Vlaanderen had het "lumineuze" idee om de regie van een notoir lastige opera als Tristan und Isolde in handen van een beginneling te leggen.


Tristan (foto © Annemie Augustijns)

Philippe Grandrieux is daarenboven een filmregisseur, dus kon je vooraf al vermoeden wat je zou krijgen... video... veel video... heel veel video. Hij heeft eigenlijk gewoon een vier uur durende film gemaakt, de proscenium dichtgetimmerd met een gaas en daarop zijn film geprojecteerd. De zangers staan achter het gaas in het donker verwoede pogingen te doen om contactloze emotie over te brengen.

Het concept was a priori niet slecht, al had ik nu ook wel niet verwacht dat deze productie even geniaal zou zijn als de Parijse Sellars-productie met de videobeelden van Bill Viola. Alhoewel Grandrieux' zwart-witte videobeelden van ronddraaiende, naakte, schreeuwende en masturberende vrouwen wel een zekere esthetiek hebben, blijft het vier uur lang nogal veel van hetzelfde... maar dat zou ik ook van de opera zelf kunnen zeggen.

Het grootste probleem van deze productie zit echter in de orkestbak. Alejo Pérez slaagt er niet in om het orkest in bedwang te houden. Wagner moet vooral luid zijn, moet hij gedacht hebben. Bijvoorbeeld tijdens het liefdesduet rolt hij als een pletwals over de twee onfortuinlijke zangers. Enkel bij "O sink' hernieder" neemt hij wat volume terug, maar zelfs zijn piano is nog relatief luid.

De zangers zijn dan ook al bij voorbaat een vogel voor de kat. Carla Filipcic Holm heeft dan wel een knoert van een stem die vlotjes overal doorheen zingt, maar subtiel is het niet. Enige tekstverstaanbaarheid is daarbij totaal afwezig, wat door de aanwezigheid van het gaas nog heikeler wordt. Daarenboven werden de boventitels bewust weggelaten. Onder deze omstandigheden is het dan aan de zangers om het verhaal over te brengen, alhoewel dat voor Grandrieux geen prioriteit is: hij wil het publiek enkel onderdompelen in de muziek van Wagner.

Samuel Sakker klonk aanvankelijk wel veelbelovend als Tristan met zijn mooie baritonele tenor. Maar na een paar uur gebeuk tegen het orkest, begint zijn stem tegen het einde van het tweede bedrijf uit te dunnen. Dshamilja Kaiser was, zoals verwacht, wel een prachtige Brangäne, perfect verstaanbaar, heel indrukwekkend als ze vanop het derde balkon inbreekt in het liefdesduet. Albert Dohmen was een degelijke König Marke, al was zijn monoloog vrij eendimensionaal waarin vooral woede voor Tristan overheerste.

Publicatie: maandag 10 april 2023 om 20:31
Rubriek: Opera