Il Grand' Inquisitor

Seil Kim in deSingel

Gisteren maakte de Koreaanse tenor Seil Kim zijn debuut in deSingel. Hij werd begeleid door Rudolf Jansen in een wat vreemd, onsamenhangend programma.

Interessant was wel de confrontatie van de twee versies van Ganymed, die van Schubert en die van Wolf, of de twee Peregrina-liederen van Wolf tegenover de Peregrina van Schoeck. Maar het is me een raadsel waarom uit de drie Petrarca-sonetten van Liszt één lied niet gezongen werd, of waarom in Schumanns Kerner-Liederkreis ook drie liederen moesten sneuvelen.

Het zou natuurlijk kunnen dat hij die liederen gewoon niet kán zingen, want op technisch vlak is er nog wel werk aan zijn stem. Zijn passaggio-noten zijn onzuiver en zijn hoge noten duwt hij langs onder uit zijn keel waardoor die nooit echt stralen. Verder zingt hij met een eng vibrato dat vaak een fractie van een seconde te laat aanslaat. Voor een zanger van zijn leeftijd (hij is van 1977) vind ik een en ander nogal problematisch. Ik kon me dan ook nooit op mijn gemak voelen, wetende dat er weer een of andere probleemnoot aankomt.

Op interpretatief vlak gaf hij wel blijk van liedintelligentie, maar hij kon me toch nooit echt boeien. De oorzaak zijn soms details zoals in Stille Tränen als hij de pauzes halverwege een zin te expliciet zingt en er geen spanningsvolle frasering van maakt.

Maar de meerderheid van het publiek vond het fantastisch... het zal wel het tenoreffect zijn, zeker ? Er volgden nog drie bisnummers, waaronder een smakeloze uitvoering van Beethovens Der Kuss, en Nacht und Träume wat voor een zanger met passaggio-problemen grenst aan het waanzinnige.

Publicatie: zondag 20 oktober 2013 om 10:39
Rubriek: Liedrecital