Il Grand' Inquisitor

Il trovatore in Luik

De Waalse Opera opende haar seizoen met Il trovatore in een productie van Stefano Vizioli met Paolo Arrivabeni als dirigent. Over die productie valt eigenlijk niets speciaals te rapporteren. Voor de bezetting hadden ze grotendeels dezelfde protagonisten van hun Otello vorig seizoen opgesteld.

Fabio Armiliato zong de titelrol. Tegen alle verwachtingen in bleek Manrico problematischer te zijn dan Otello. Het bovenste deel van zijn stem klonk hees en helemaal niet gezond, alhoewel er geen voorafgaandelijke aankondiging gemaakt werd (behalve de opmerking dat de voorstelling gefilmd werd om te 'streamen' en later ook op DVD uit te brengen). Dit was vooral pijnlijk in de cabaletta der cabaletta's, "Di quella pira", waarna hij niet snel genoeg van het podium kon verdwijnen.

Ik verwachtte dat Daniela Dessi beter zou presteren in een rol als Leonora dan als Desdemona. Dat was niet echt het geval. Hier en daar heeft ze nog een goede noot, alhoewel haar intonatie niet altijd correct leek in bijvoorbeeld "D'amor sull'ali rosee". Maar in het algemeen zong ze met weinig stem. Dat was des te opvallender in haar eerste scène, waar ze repliek krijgt van de Inès van Ninon Dann, die Dessi quasi van het podium zong. Ondanks haar verminderde vocale mogelijkheden is haar stijlgevoel wel juist, zodat er toch nog iets te bewonderen valt.

Net zoals in Otello, was de bariton weer de ster van de avond. Giovanni Meoni zong een schitterende Luna waarvan diens "Il balen del suo sorriso" gekenmerkt werd door een oneindig legato in de traditie van een Cappuccilli. De Amerikaanse Ann McMahon Quintero kan nog wel wat groeien in de rol van Azucena, maar de kleur en expressie zijn ideaal, en ze slaagde erin om mijn haar te laten rechtstaan als ze aan Manrico het verhaal van haar moeder vertelt. Luciano Montanaro was een goede Ferrando en overtuigender dan bij zijn vorige optredens in Luik.

Publicatie: woensdag 21 september 2011 om 20:14
Rubriek: Opera