Il Grand' Inquisitor

Marie-Nicole Lemieux in het Conservatorium

De meesten zullen zich nog wel herinneren dat de Canadese alt Marie-Nicole Lemieux in 2000 de Koningin Elisabethwedstrijd won.

Sindsdien was ze nog verschillende keren te gast in Brussel, waar ze door haar prachtige ronde stem en haar innemend en spontaan karakter uitgegroeid is tot een publiekslieveling. Dit heeft ongetwijfeld allemaal meegespeeld in de beslissing van de Vereniging van de Belgische Muziekpers om haar in 2005 uit te roepen tot "jonge musicus van het jaar". Na het concert in het Brusselse Conservatorium, mocht de overgelukkige Marie-Nicole Lemieux gisteren de prijs in ontvangst nemen uit de handen van Erna Metdepenninghen. In haar goedlachse stijl bedankte ze dan ook het Brusselse publiek.

Het concert eerder op de avond begon met Schuberts Rosamunde-Ouverture, uitgevoerd door het Ensemble Orchestral de Paris onder leiding van John Nelson. Daarna verscheen Lemieux op het podium en bracht een van de beste uitvoeringen van Les nuits d'été, die ik ooit live gehoord heb. Het is een puur genot om nog eens met zo'n correct en verstaanbaar Frans "mélodies" te horen zingen. Haar onmiskenbare vocale kwaliteiten koppelt ze aan een intelligente tekstinterpretatie, waardoor ze het publiek snel in haar greep neemt en houdt.

Het slot van Villanelle - "Revenons, rapportant des fraises des bois" - was al zo'n eerste moment waarbij je de bosaardbeien haast kon proeven. Le spectre de la rose is een van de mooiste liederen die Berlioz ooit gecomponeerd heeft en de gestage opbouw door Lemieux bracht al die schoonheid naar boven. Als ze bijvoorbeeld de eerste keer "et j'arrive du Paradis" zingt, geeft ze haar stem de kleur van donker goud dat toch paradijselijk blinkt. Het kleurcontrast met het begin van Sur les lagunes was opvallend. Het donkere en aangrijpende "Ma belle amie est morte" kreeg toetsen van houtblazers mee, waardoor heel het gewicht van haar verdriet hoorbaar wordt... wat na elke strofe culmineerde in een verscheurend "Que mon sort est amer... ah... sans amour s'en aller sur la mer". Het trieste Absence doorweeft ze toch met een beetje hoop door de manier waarop ze licht laat schijnen telkens ze "ma bien-aimée" zingt. Heerlijke zangkunst.

Na de pauze kwam Schubert terug met drie liederen. Haar keuze bestond uit drie meesterwerken uit het liedrepertoire - Du bist die Ruh, Nacht und Traüme en An die Musik. Het was ongetwijfeld niet praktisch om even het orkest plaats te laten maken voor een piano, waardoor ze deze liederen zong in een georkestreerde versie. Persoonlijk vond ik dat geen gelukkige keuze. Vooral de orkestratie van Max Reger in de twee laatste liederen voegt een aantal onnodige effecten toe, naast een dikke orkestrale soep waarin de tekst verdwijnt. Haar bisnummer, de Britten-orkestratie van Die Forelle, was daarentegen een stuk sprankelender en toonde ook even de meer ludieke kant van Marie-Nicole Lemieux.

Daarna volgde nog de zevende symfonie van Beethoven. Maar zelfs het onstuimige en meeslepende laatste deel van deze symfonie, kon toch niet verhinderen dat ik de zaal verliet met in mijn hoofd: "Quand viendra la saison nouvelle".

Publicatie: maandag 4 december 2006 om 17:43
Rubriek: Concert