Il Grand' Inquisitor

Carsten Süß in Schwarzenberg

Mijn laatste concert in Schwarzenberg had een duorecital met Anne-Sofie von Otter en Gerald Finley moeten geweest zijn. Maar Finley had laryngitis en diva Von Otter vond het dan ook maar niet nodig om naar het Bregenzer Wald te komen. Maar daardoor kregen we wel de kans om de jonge tenor Carsten Süß te ontdekken en nogmaals van het briljante pianospel van Wolfram Rieger te genieten.

Carsten Süß heeft een degelijke, maar kleine, stem waarvan de registerovergang nog niet helemaal op punt staat. Hij zingt wel met een heel duidelijke uitspraak zodat elk woord glashelder is. In de eerste helft van het recital zong hij een correcte Dichterliebe, zonder diep in de poëzie te graven. Maar met Rieger aan de piano is dat misschien minder nodig. Ik heb het al eerder gezegd: Wolfram Rieger is een genie. De beelden die hij uit zijn piano tovert, zijn ongehoord. Ik dacht dat ik zowat alles al gehoord had van Dichterliebe, maar met elk lied bleef hij mij verrassen.

Het was de eerste keer dat ik in "Im Rhein, im heiligen Strome" niet gewoon de Keulse Dom hoorde, maar de weerspiegeling van de Dom in de Rijn. Ook de manier waarop hij op het einde van dit lied het kerkorgel laat klinken, is hoogst indrukwekkend. In "Und wüßten's die Blumen" zie je niet enkel de bloempjes, maar ook nog allerlei bijen en andere insekten errond kruipen en vliegen. Ook het liedje van "Hör' ich das Liedchen klingen" wordt meteen opgemerkt. Maar met "Am leuchtenden Sommermorgen" overtrof hij alles. Je hoort de dichter tijdens het ochtendgloren door het gras wandelen, je ziet de bloemen ontluiken en de dauwdruppels glinsteren. En zelfs de gebalde akkoorden in "Ich hab' im Traum geweinet" krijgen betekenis... ik stelde me er de dichter bij voor die in zijn bed ligt te woelen.

Na de pauze kwamen nog vier liederen van Hans Christian Andersen (Schumanns Opus 40) en vijf liederen van Strauss. Het was vooral in de Straussliederen dat Süß' hoogste register zwaar onder druk kwam te liggen... soms klonk het redelijk, maar vaak ook mager of genepen.

Tenslotte kregen we nog drie lente-bisnummers met Der Musensohn en Im Frühling (weer fantastisch "begeleid" door Rieger) en Wolfs Er ist's... een mooi einde voor de Schubertiade van dit jaar.

Publicatie: zondag 10 september 2006 om 17:58
Rubriek: Liedrecital