Il Grand' Inquisitor

A Grimm Weekend of Song in Oxford (1/3)

Naast het Liedfestival in oktober, organiseert Oxford Lieder al een paar jaar ook een klein lentefestival tijdens een lang weekend... oorspronkelijk rond 21 maart, dit jaar een maand later. De recitals worden opgevoerd in het auditorium van The Levine Building in Trinity College, in plaats van de gebruikelijke Holywell Music Room.

Dit jaar werd het festivalpodium volledig overgelaten aan jonge zangers. Een jaar geleden hebben 18 liedduo's deelgenomen aan de audities van het Young Artist Programme, elf duo's werden geselecteerd. Het afgelopen jaar hebben ze verschillende optredens gegeven, en ook deelgenomen aan de master class in oktober. De rode draad door het lentefestival zijn de sprookjes van Grimm. Elk duo heeft een sprookje als inspiratie gebruikt om errond een liedprogramma van ongeveer een uur samen te stellen.

Het eerste liedduo, de mezzo Angharad Rowlands en de pianist Joseph Cavalli-Price, hadden De Maan uitgekozen. De liederen werden met elkaar verbonden door de actrice Victoria Newlyn die het sprookje vertelt, terwijl op het scherm achter hen de William Blake-gravue "I want, I want" geprojecteerd werd... een eerste fantasie van een reis naar de maan... gewoon met een ladder.

Het eerste deel van het recital bestond grotendeels uit klassieke maan- en nachtliederen, zoals Robert Schumanns Nachtlied of Clara's Der Mond kommt still gegangen. Rowlands heeft blijkbaar het vangnet van de partituur nodig, maar stelt de pupiter zodanig op dat ze een barrière creëert met het publiek, al maakt ze wel oogcontact. Op vocaal vlak valt er nog een en ander te verbeteren. Ze onderbreekt haar frasering te vaak om extra te ademen, haar hoogte schettert en als ze haar stem onder druk zet ontstaat een onaangenaam vibrato.

Ze geeft wel de indruk dat ze weet waarmee ze bezig is, al zie je bijvoorbeeld bij de "amour vainqueur" van Faurés Clair de lune de expressie vooral in haar gezicht en amper in haar stem. Een ingetogen lied als Bachs Komm, süsser Tod (in een bewerking van Britten) doet ze wel mooi en sereen. Maar ze vindt weinig mogelijkheden om textuur aan te brengen in het geratel van Saint-Saëns' Danse macabre. Ze eindigde wel met een mooie uitvoering van Nacht und Träume.

Katie Macdonald en Thomas Eeckhout zochten liederen rond het bekende sprookje van Sneeuwwitje en de zeven dwergen en vonden die in karakterstudies van de verschillende personages. Ook hier praatte Newlyn alles aan elkaar, op het scherm werd nu voor elk lied een bijpassend schilderij geprojecteerd.

Ze openden het recital met La neige van Toru Takemitsu, met vooral een sfeervolle piano-epiloog. Macdonald had wel een paar liederen nodig om opgewarmd te geraken. Als de jager ten tonele verschijnt met Wolfs Der Jäger toont ze wat ze in haar mars heeft. Ze gaf een dramatische vertolking, eerder ingegeven door het sprookje dan door het eigenlijke lied dat wat meer lichtheid mag hebben. Om de sfeer van de dwergen weer te geven hadden ze het Mörike-Elfenlied uitgekozen, volledig uitgeacteerd en met een opvallende andere stem voor het elfje, leuk gedaan. Schuberts Der Zwerg past totaal niet in het verhaal (Loewes "Die Heinzelmännchen" had misschien beter gepast), maar ze gaf wel een spannende en doorleefde vertolking.

Ze kwam helemaal in haar element als heks. The Witches' Song van Alison Bauld (naar Shakespeares Macbeth) was met voorsprong haar meest indrukwekkend moment. Zonder pianobegeleiding durft ze het aan om drie verschillende heksen een eigen karakter te geven. Daarna volgde een even wervelend Hexenlied van Mendelssohn. Een verrassende keuze was om te eindigen met Der Doppelgänger. Daarmee wilde ze het karakter van Sneeuwwitjes stiefmoeder uitdrukken, maar haar mezzo heeft nog niet voldoende gewicht voor de grote dramatische momenten van dit grote Schubertlied.


(foto © Julian Guidera)

De dag werd op grandioze wijze afgesloten door Clara Barbier Serrano en Joanna Kacperek. We kregen weer een andere invulling van hun sprookjeskeuze. Het watersprookje De waternimf in de vijver benaderen ze als een dialoog tussen de waternimf en de heks, waarbij ze zich voorstellen dat die elkaar al eeuwen kennen en voor hun plezier mannen in het water lokken. Die dialoog wordt zoals bij een stille film achter hen geprojecteerd. De drie objecten - een gouden kam, fluit en spinnenwiel - vormen het raamwerk voor hun liedkeuze.

Als waterige mannenverslindster kan de Lorelei uiteraard niet ontbreken. Ze beginnen met de Eichendorff-versie van Waldesgespräch. Haar tekstvertolking grijpt meteen naar de keel, Kacperek is daarbij een bevlogen pianiste die zichtbaar meeleeft met het verhaal. De Heine-versie van een zekere Ingeborg Bronsart von Schellendorf doet wat aan die van Liszt denken, maar Barbier Serrano kon me wel ontroeren.

Voor de heks - "the wonderful weirdo" zoals we kunnen lezen - hebben ze ook een "weirdo" lied uitgekozen: The Wonderful Widow of 18 Springs van John Cage op een tekst van James Joyce. Barbier Serrano hypnotiseert, Kacperek trommelt - letterlijk! - op haar piano. Met een fantastisch mooi gezongen La dama d'Arago vloert ze me weer, ze kan iets in haar stem leggen waarmee ze ontroert en mijn tranen laat stromen. Ze doet dat later nog eens over met de melancholie en het verdriet van Alfonsina y el mar van Ariel Ramírez, om een of andere reden ligt Spaans heel mooi in haar stem.

De twee nimfen - Clara en Joanna - beleven zichtbaar plezier aan hun recital. Dat blijkt in L'inconstante van Isabelle Aboulker, waarin ze ook haar vertelcapaciteiten toont. Of in Purcells Two daughters of this aged stream, waarbij Clara en Joanna rug-aan-rug op de pianobank zitten en de pianiste plots de tweede stem meezingt. In de creatie van Nixie van Fojan Gharibnejad is de transformatie van zangeres-pianiste tot twee waternimfen/heksen volledig als ze op het einde als een kikker hun kaken opblazen en in een schaterlach uitbarsten. Al dat speelplezier straalt af op het publiek. Het wordt moeilijk voor de andere liedduo's om dit recital te evenaren, laat staan te overtreffen.

Publicatie: vrijdag 21 april 2023 om 23:13
Rubriek: Liedrecital