Il Grand' Inquisitor

Graham Johnson in Hohenems

In deSingel hebben we al vaak kunnen genieten van Graham Johnsons vertelkunsten. Bij mijn weten, was het gisteren de eerste keer dat hij dat ook bij de Schubertiade deed. De zangers die eerder deze week al te horen waren - Daniel Behle en Benjamin Appl - zorgden in eerste instantie voor de vocale illustratie.


foto's © Schubertiade

Zijn lezing-recital ging over de beroepen in Schubertliederen en was daarmee de lange versie van wat hij vier jaar geleden tijdens de Schubertdag in deSingel ook al eens gedaan had. Bij dit onderwerp kan je je afvragen wat daar allemaal over te vertellen valt, buiten iets triviaals als "Der Fischer" gaat over een visser. Maar zoals gewoonlijk weeft Graham Johnson een heel verhaal rond de liederen en verbindt ze - met wat dichterlijke vrijheid - aan Schuberts biografie.

Zo vertelt hij over Schuberts eerste piano als inleiding tot An mein Klavier, met mooi legato en mezza voce uitgevoerd door Daniel Behle. En toen Schubert in de Stubenbastei woonde, moet hij door zijn raam zicht hebben gehad op het platteland... en voilà, het landbouwersleven wordt geëvoceerd met het Erntelied en het Pflügerlied. De dood van zijn moeder en andere familieleden, bracht hem in contact met de grafdelvers van het Totengräberlied en Totengräbers Heimwehe. Het laatste lied werd zeer indrukwekkend vertolkt door Appl, van het overdonderend forte "O Menschheit, o Leben" tot een teruggehouden piano "Von allen verlassen...".

Graham Johnson regisseert ook het recital. Hij laat Appl de eerste strofe van Der Goldschmiedsgesell zingen en na een korte toelichting declameert Behle de tweede strofe: "... Ich weiss wohl, was die spinnen will: es hofft, das liebe Mädchen". De deur gaat open en de derde zanger maakt haar entrée, de sopraan Christina Landshamer, voor Die Spinnerin en Gretchen am Spinnrade. Op het einde van het eerste deel doet hij iets gelijkaardigs om haar terug op het podium te roepen door één van de eerste aria's te spelen die Schubert door Anna Milder heeft horen zingen. Milder is uiteraard de zangeres voor wie hij zijn laatste lied, Der Hirt auf dem Felsen, gecomponeerd heeft.

Landshamer maakte in deze twee grote liederen geen al te overtuigende indruk, daarvoor zat er te weinig kleur in haar stem. Als Gretchen was de tweede helft van het lied - na "sein Kuss" - daarenboven constant forte, zonder nuance. Als herdertje kreeg ze het gezelschap van klarinettist Alex Ladstätter, maar ook hier deed ze veel te weinig met de tekst. Ze werpt haar stem onverschrokken naar de hoogste noten, maar het gaat gelukkig allemaal net goed.

Na de pauze veranderde Graham Johnson zijn aanpak. Vanaf dan gaat het meer over de inhoud van de liederen en minder over Schuberts biografie. Zeker over de negen geselecteerde waterliederen met vissers en schippers valt wel wat te vertellen. Het was bijvoorbeeld interessant om de twee versies van Fischerlied na elkaar te horen, van de onstuimige jongeling in de eerste versie (D351) die in de tweede versie (D562) evolueert naar een meer bedachtzame jongeman, voorbeeldig neergezet door Appl. Landshamer toonde in dit deel meer variatie in het Goethelied Der Fischer of de Schlegel-versie van Der Schiffer.

In Die schöne Müllerin zijn uiteraard ook een paar beroepen te vinden. Vier liederen werden geselecteerd en eerlijk verdeeld tussen Appl en Behle. Het grappige was dat er een soort duel tussen de bariton en de tenor ontstond. Na een grootse Am Feierabend van Appl met alle nuances die je je maar kan indenken, leek het alsof Behle niet wou onderdoen en kregen we een flamboyante Die böse Farbe van hem.

Jagers komen vrij vaak voor in Schubertliederen, uiteraard te beginnen met Der Jäger van de molenaarsdochter. Na het driestemmige Jagdlied eindigde het recital met het meest komische - dixit Graham Johnson (en ik ben geneigd hem gelijk te geven) - Schubertlied van allemaal... Der Hochzeitsbraten. Johnson trekt hierbij een parallel met Nozze en de relatie tussen Therese/Susanna, Theobald/Figaro en Caspar/Almaviva. Hoe dan ook, het was de perfecte afsluiter van een drie uur durend lezing-recital en van deze Schubertiade in Hohenems.

Publicatie: maandag 6 mei 2019 om 06:22
Rubriek: Liedrecital