Il Grand' Inquisitor

Nora Gubisch in het Théâtre des Galeries

Voor de volgende liedrecitals wijkt de Munt uit naar het Théâtre Royal des Galeries. Het is een zaal die ik niet kende, maar ze heeft de ideale grootte voor liedrecitals. Op de plaats waar ik zat (parterre onder het balkon), klonk het wel wat aan de droge kant. De nieuwe Munt-chef Alain Altinoglu mocht de spits afbijten met zijn echtgenote en mezzo Nora Gubisch.

Ze brachten een hoofdzakelijk Frans programma met liederen van rond 1900 uit het repertoire van Debussy en Ravel. De Trois chansons de Bilitis zijn pseudo-antieke erotische gedichten van Pierre Louÿs. Gubisch trof niet helemaal de sensualiteit die ik verwacht. Het ligt misschien ook aan haar stemtimbre. Debussy heeft veel pre-Pelléas-liederen voor sopraan geschreven en zeker deze Bilitis-liederen associeer ik met een lichtere stem dan de donkere mezzo van Gubisch.

Maar dat neemt niet weg dat ze een behoorlijk goede liedzangeres is. De prozateksten van Ravels dierentuin in Histoires naturelles weet ze voldoende te variëren. Daarenboven is haar Franse dictie perfect zodat je eigenlijk de teksten van het programmaboekje niet nodig hebt om te volgen... wat trouwens toch niet kon in een totaal verduisterde zaal (na de pauze was er wel iets meer licht).

De pianopartij van Histoires naturelles is eigenlijk nog belangrijker dan de zangpartij en Altinoglu blijkt een zeer attente liedbegeleider te zijn. Hij houdt Gubisch constant in de gaten, zingt en ademt met haar mee en heeft af en toe de neiging om te beginnen dirigeren. Na vier liederen op teksten van Sully Prudhomme - waaronder het overbekende Au bord de l'eau van Fauré en Duparcs Soupir met onwezenlijke pianississimo's van Gubisch - speelde hij twee korte solo-pianostukjes van Debussy.

Met Golliwog's cakewalk, dat Altinoglu speelde alsof hij het op het moment zelf bedacht, werd de overgang gemaakt van de "mélodie" naar het "chanson". Nora Gubisch ging wulps in de bocht van de piano hangen en ging van een sensuele La diva de l'empire van Erik Satie over een dromerige Youkali van Kurt Weill naar Mein Herr uit "Cabaret". Met nog een jazzy bisnummer werd de avond afgerond.

Publicatie: dinsdag 24 mei 2016 om 15:58
Rubriek: Liedrecital