Il Grand' Inquisitor

Benjamin Appl in Oxford

The Oxford Lieder Festival is dit jaar opgebouwd rond het thema "Singing Words - Poets and their Songs", oftewel de relatie tussen dichter en componist. De aftrap werd gegeven met een symposium. Vier sprekers voor en vier sprekers na de middag belichtten telkens een bepaald aspect. Het lunchrecital van Benjamin Appl en Sholto Kynoch zorgde voor de praktische toepassing.

Het symposium "Words into Music: Poets, Composers & Songs" vond plaats in Wadham College. Angela Leighton ging dieper in op het verschil tussen het ritme van het gedicht en hoe eventuele ambiguïteiten opgelost (moeten) worden door de componist. "Sappho's Russian Voices" was een heel specifieke bijdrage van Philip Ross Bullock over de erotische gedichten van Sappho en hoe ze door een aantal Russische componisten getoonzet werden. Richard Langham Smith tekende de evolutie van Debussy's vroege liederen, die hij schreef voor zijn minnares Vasnier en die sterk beïnvloed waren door de Franse operamelodieën, tot zijn eigen recitatieve stijl in latere liederen... die zich dan verder ontwikkelde in Pelléas et Mélisande. Peter Dayan analyseerde Soupir en dan vooral hoe Debussy al dan niet rekening hield met de prosodie van Mallarmé.

De namiddag ging hoofdzakelijk over Goethe en de Mignon-liederen. Amanda Glauert behandelde Beethovens versie van Kennst du das Land. De Mignon-Lieder van Schumann en Wolf kunnen als een cyclus beschouwd worden, die echter zelden als dusdanig uitgevoerd wordt. Terence Cave vermeldde tevens het werk van Anton Rubinstein die alle poëzie uit "Wilhelm Meister" in één groot werk samengebracht heeft, maar waar geen uitvoeringen van te vinden zouden zijn. Lorraine Byrne Bodley gaf een overzicht van de massale hoeveelheid liederen die op teksten van Goethe geschreven zijn, met bijzondere aandacht voor Schuberts Gretchen am Spinnrade. Robert Samuels eindigde met de muziek van Schubert, Schumann en Mahler en hoe hun liederen sporen nalieten in hun instrumentale werken.

Maar terug naar het lunchrecital van Benjamin Appl in de Holywell Music Room met muziek van Mahler, Schubert en Schumann. Elk groepje liederen werd vooraf ingeleid door Richard Wigmore.

Benjamin Appl hoeft niet echt meer voorgesteld te worden. Zijn gedreven interpretatie zorgde meteen voor een eerste hoogtepunt van The Oxford Lieder Festival, dat amper begonnen is. In Mahlers Wunderhorn-lied Aus! Aus! dialogeert hij perfect tussen de soldaat en zijn geliefde. Een ballade als Rheinlegendchen wordt een schitterend verteld sprookje.

Schuberts Harfenspieler-Lieder werd een aangrijpende mini-cyclus, waarbij hij het slot van Wer sich der Einsamkeit ergibt - "Denn alle Schuld rächt sich auf Erden" - telkens anders herhaald werd van berustend tot een waanzinnige woede. Het slotlied An die Türen will ich schleichen had ik echter iets rustiger gewenst.

Schumanns Heine-Liederkreis (opus 24) zit vol typische Heiniaanse addertjes onder het gras en ironische of zelfs cynische wendingen. Alhoewel Schumann die nuances nog niet allemaal uitcomponeerde in deze cyclus, liet dat veel ruimte voor Appl om dat ongeschrevene wel in te vullen, zoals in Schöne Wiege meiner Leiden of Berg' und Burgen schaun herunter. Dit prachtige recital werd passend afgesloten met Du bist wie eine Blume als bisnummer.

Publicatie: vrijdag 16 oktober 2015 om 17:49
Rubriek: Liedrecital