Il Grand' Inquisitor

Daphne in de Munt

Als je wereldwijd de programmatie van de operahuizen bekijkt, dan zou je kunnen concluderen dat het opera-oeuvre van Richard Strauss stopt bij Die Frau ohne Schatten. De acht opera's die hij nadien nog gecomponeerd heeft, worden - met uitzondering van Arabella - nauwelijks opgevoerd, zelfs in dit Strauss-jaar. Eén van die rariteiten is Daphne, die pas deze week zijn Brusselse creatie kreeg.


foto's © Karl und Monika Forster

Daphne is het mythologische verhaal van de herder Leukippos die verliefd is op Daphne, die hem eerder als een broer beschouwd. De god Apollo heeft ook een oogje laten vallen op Daphne, maar ook in hem is ze niet geïnteresseerd. Ze wil enkel één zijn met de natuur. Uiteindelijk doodt Apollo Leukippos en verandert hij Daphne in een laurierboom.

Regisseur Guy Joosten houdt zich redelijk goed aan het verhaal, zij het met een paar moderne invullingen. Daphne is een meisje dat vooral op zichzelf is. De twee dienstmaagden worden voorgesteld als kortgerokte vriendinnen op naaldhakken die liever gaan winkelen. Haar ouders, Peneios en Gaea, leven in een glamoureuze wereld waar de whisky rijkelijk stroomt... vooral Gaea zwalt stomdronken over het podium. En ook bij de herders hoort ze niet thuis. Hier wordt dat een bende beursratten die zich tijdens het wijnfeest van Dionysos ontpoppen tot gemaskerde bacchanten.

De hele voorstelling wordt gedomineerd door een gigantische boom. Decorontwerper Alfons Flores heeft daar nog een trap rondgebouwd. Dat is altijd een problematische keuze: een driedimensionale constructie die de productie beperkt tot een ééndimensionale beweging. Maar het ziet er wel indrukwekkend uit. Op het einde van de voorstelling klimt Daphne hoog in de boom, die dan in vuur opgaat... wat ik eigenlijk de enige nodeloze aanpassing aan het libretto vind.

Zoals bekend, ben ik geen grote Strauss-fan, maar Daphne heeft wel wat charmante muziek. Vooral de pastorale openingsscène en de "Verwandlungsmusik" op het einde zijn prachtig. Ook de verschillende monologen van Daphne hebben potentieel.

De rol van Daphne is een pure lyrische rol en op dat vlak lijkt Sally Matthews dan ook een goede keuze. Vocaal is er weinig aan te merken, tenzij een wat uitdeinend vibrato in de hoogte. Maar haar interpretatie blijft te oppervlakkig. Er zit bijvoorbeeld veel meer in haar ode aan de zon "O bleib, geliebter Tag", dan wat zij eruit weet te halen. Ook haar afscheid van haar "Geliebter Gespiele" Leukippos ontbeert de nodige tederheid. Ze laat vooral de indruk na dat ze meer met het orkest moet vechten, alhoewel Lothar Koenigs het Muntorkest toch niet overdreven opzweept.

Eric Cutler komt enigszins als een verrassing voor de rol van Apollo. Tot nu toe is hij vooral bekend in het lyrische belcanto-repertoire. Apollo vraagt echter een jeugdige Heldentenor. Zijn stem begint wel al die richting uit te gaan, maar het is pas bij zijn "Jeden heiligen Morgen schnür ich die Riemen" dat hij echt de juiste klank heeft. Peter De Caluwe heeft bij de seizoensvoorstelling eerder dit jaar al aangekondigd dat Cutler één van de volgende seizoenen terugkomt als Lohengrin... ik ben benieuwd.

Publicatie: donderdag 11 september 2014 om 22:29
Rubriek: Opera