Il Grand' Inquisitor

Winterreise in Schwarzenberg

Vorig seizoen was Christoph Prégardien in de Munt te horen met de ongewone Zender-versie van Schuberts Winterreise. Je zou haast gaan geloven dat hij uitgekeken is op de "normale" versie van Schubert, want nu in Schwarzenberg voerde hij een bewerking voor kamerensemble van Norman Forget op.

Het Ensemble Pentaèdre bestaat enkel uit de blaasinstrumenten fluit, klarinet(ten), hobo (bespeeld door de bewerker Norman Forget), hoorn en fagot. Daar komt ook nog de accordeon van Joseph Petric bij. Alhoewel dit meer instrumenten zijn dan enkel een piano is de klanktextuur minder gevarieerd. De begeleiding wordt verzacht en alle scherpe randjes zijn weggevijld.

De typische kenmerken van sommige liederen verdwijnen zelfs volledig. Het bekendste lied is Der Lindenbaum, waarin de piano het ruisen van de bladeren uitbeeldt. In deze bewerking wordt dit overgenomen door de accordeon, maar die kan niet hetzelfde effect weergeven. Die Krähe is zelfs helemaal lachwekkend. Normaal hoor je het trage cirkelen van een kraai in de piano. Nu wordt die muziek gespeeld door de fluit, waardoor het eerder merels of nachtigalen lijken die rondfladderen.

In een paar liederen werkt dit ensemble wel. Een hoorn kan uiteraard veel beter de posthoorn in Die Post weergeven dan een piano. Het gebruik van de hobo in Der Leiermann werkt ook goed. Het was ook origineel om in Das Wirtshaus de muzikanten de begeleiding te laten neuriën als achtergrondmuziek.

Een andere wijziging in deze versie van Winterreise is dat ze teruggegrepen hebben naar Wilhelm Müllers oorspronkelijke volgorde van diens gedichten. Het is genoegzaam bekend dat Schubert eerst een bundel met een selectie van twaalf Winterreise-gedichten gevonden heeft en die getoonzet heeft. Nadien vond hij de volledige cyclus en voegde de extra twaalf liederen achter de reeds gecomponeerde. Ik vind de volgorde van Müller op dramatisch vlak wel beter werken dan die van Schubert. Maar als je de Schubertvolgorde gewoon bent, dan voelt het wel raar aan om bijvoorbeeld Die Post meteen na Der Lindenbaum te horen, of Frühlingstraum, Einsamkeit én Mut tussen Die Nebensonnen en Der Leiermann te vinden.

Zoals bekend, ben ik alles behalve een fan van Christoph Prégardien en dat werd nog eens bevestigd na zijn interpretatie van Winterreise gehoord te hebben. Ook voor hem geldt, dat alle scherpe kantjes weggevijld zijn. Hij beschikt niet over de vocale mogelijkheden om bijvoorbeeld het einde van Rast - "mit heissem Stich sich regen" - met de nodige kracht en kleur te zingen. Het promethiaanse karakter van Mut ontbreekt ook volledig.

Op mij maakte zijn vertolking de indruk van een flashback-Winterreise, van een Wanderer die een zekere tijd na het gebeuren totaal gedeprimeerd vertelt wat er hem ooit overkomen is. Dat is natuurlijk een mogelijkheid, maar heeft als nadeel dat hij veel minder betrokken lijkt dan als hij zijn tocht op het moment zelf beleeft. Ikzelf voelde me dan ook op geen enkel moment betrokken of ontroerd bij wat hij te vertellen had.

Een dergelijke alternatieve Winterreise-versie is wel eens interessant als experiment, maar het toont vooral aan hoe geniaal het origineel wel is.

Publicatie: zaterdag 5 september 2009 om 08:48
Rubriek: Liedrecital