Il Grand' Inquisitor

Macbeth in Luik

Net zoals vorig jaar opent de Waalse Opera haar seizoen met Verdi. Deze keer is dat Macbeth, met dezelfde bariton in de titelrol en met Paolo Arrivabeni in de orkestbak.

De productie is oorspronkelijk afkomstig uit Bologna met als "regisseur" Micha Van Hoecke, tenminste voor zo ver je van een regisseur kan spreken. De voorstelling begint veelbelovend. Tijdens de ouverture zien we Lady Macbeth die zich losbreekt uit een spinnenweb, waarna ze de heksen oproept. Daarmee gaat hij nog een stapje verder in het uitbeelden van het manipulatief karakter van Lady Macbeth. Spijtig genoeg is dat zowat het enige idee dat hij heeft.

Voor de rest verdeelt hij het koor in een of twee statische blokken. De andere zangers laat hij rondparaderen in Japanse gevechtsuitrusting. Hoe die samoeraizwaarden in de Schotse middeleeuwen terechtkomen, is een raadsel. Het podium blijft voor de rest volledig leeg en is meestal in het halfduister tot duister gehuld. Al dat zwart zorgt wel voor een mooi contrast tijdens de slaapwandelscène van Lady Macbeth als er creatief omgesprongen wordt met lange witte lakens om lijnen en diagonalen te tekenen.

Van een echte regie is er dan ook geen sprake... aangezien hij alle tijd steekt in het choreograferen van zijn eigen dansensemble. Te pas en te onpas duiken die op. In de eerste scène zijn zij de heksen, terwijl het koor aan de rand van de coulissen zingt. Uiteraard treden ze ook op tijdens het heksenballet van het derde bedrijf. Maar de meeste van al hun andere optredens zijn bladvulling. Ik geef toe dat ik alles behalve een dansliefhebber ben, maar Macbeth is tot nader order nog altijd een opera en geen ballet.

Gelukkig zijn er ook nog zangers, maar ook daar valt er weinig te beleven. Mark Rucker vond ik verleden jaar een redelijke Nabucco. Een jaar later is zijn volume wel vergroot, maar brult hij de hele avond zonder enige nuance of enige elegantie in zijn frasering. "Pietà, rispetto, amore" klinkt indrukwekkend luid, maar het is wel allemaal hetzelfde van het begin tot het einde.

Alexander Tsymbalyuk is een zwakke Banco. Zijn basstem zit naar mijn gevoel veel te hoog. Hij slaagt er ook niet om enig vocaal profiel te geven aan Banco. Sebastian Na zong vorig seizoen Ismaele. Dit seizoen krijgt hij de bijna even kleine rol van Macduff toebedeeld. Zijn "Ah, la paterna mano" zorgde toch even voor wat opwinding in het vierde bedrijf.

Het was dan de taak van Marianne Cornetti om als Lady Macbeth de meubelen te redden. Zij zingt eigenlijk vooral mezzo-rollen. Zo was ze ooit Amneris in de Munt. Net voor de zomer zong ze nog Preziosilla in de Munt en Ulrica bij De Nederlandse Opera. Het is natuurlijk niet de eerste keer dat mezzo's met succes Lady Macbeth zingen en Cornetti gaf de meest overtuigende vertolking van de avond. Door het feit dat ze een mezzo is, moet ze de lage noten van Lady Macbeth niet faken. Maar ook haar hoog register zit goed met een goede Brindisi en schitterend staccatowerk in de cabaletta van "Vieni t'affretta". Haar briefscène spreekt ze trouwens niet zelf... die wordt door een mannenstem door de luidsprekers gestuurd.

Vocaal was het geheel een middelmatige voorstelling en op scenisch vlak vond ik het ook niet veel soeps. Maar ik kan me voorstellen dat dansfanaten hun hart wel zullen kunnen ophalen aan deze voorstelling.

Publicatie: woensdag 17 september 2008 om 15:59
Rubriek: Opera