Il Grand' Inquisitor

Pelléas et Mélisande in Amsterdam

Bernard Haitink dirigeerde de afgelopen weken het Orchestre National de France in het Théâtre des Champs-Elysées in een productie van Pelléas et Melisande. Vandaag deed hij dat nog eens over in het Amsterdamse Concertgebouw in een concertante versie met dezelfde bezetting... een bezetting om U tegen te zeggen.

In de eerste plaats is er Laurent Naouri. Hij is momenteel dé Golaud, op dezelfde manier zoals José Van Dam deze rol de afgelopen decennia gedomineerd heeft. Zijn vertrouwdheid met de rol opent allerlei details in zijn interpretatie. De scène met Mélisande, nadat ze haar trouwring verloren heeft, is geniaal. Eerst wentelt hij zich in zelfmedelijden omdat hij van zijn paard gevallen is. Maar als de aandacht zich verplaatst naar Mélisande omdat ze blijkbaar ongelukkig is, wordt hij haast bemoederend. Hij beschouwt Mélisande meer als een klein kind waarvoor hij zich verantwoordelijk voelt, dan als zijn vrouw. Als hij Pelléas beschrijft - "Il est un peu étrange. Il changera, tu verras" - doet hij dat op dezelfde betuttelende manier. Tot hij ontdekt dat ze haar ring kwijt is... dan verandert zijn expressie. Hij wordt niet echt kwaad, maar duldt geen tegenspraak.

Naouri heeft in deze rol het niveau bereikt dat je niet meer naar het zingen op zich luistert, maar dat je je gewoon kan overgeven aan zijn vertolking. Nog zo'n moment is het einde van de torenscène als hij Pelléas en Mélisande betrapt en eerst met "Vous êtes des enfants" het gebeuren probeert weg te lachen. Maar hij beseft wel degelijk wat er aan de hand is. Intern vreet hij zichzelf op... maar hij wil zijn huwelijk niet verder hypothekeren en met de laatste "Quels enfants!" voel je wel zijn ingehouden kracht, maar ook het verdriet dat hij krampachtig probeert te verbergen.

Magdalena Kozena is een bijna even expressieve Mélisande. Haar Frans is wel niet zo goed als dat van Naouri, maar het is meer dan behoorlijk. Kozena maakt het overduidelijk dat Mélisande zich niet gelukkig voelt in het kasteel van Arkel, maar dat ze berust in haar situatie. Wat dat betreft zingt ze een redelijk sterke Mélisande, die wel al het mysterie rond haar bewaart. Het is echter wel duidelijk dat ze meteen verliefd wordt op Pelléas. Ondanks het feit dat ze net uit een scenische productie komen, wordt er eigenlijk niet echt geacteerd in het Concertgebouw, op een paar treffende momenten na, die zich beperken tot veelzeggende gezichtsuitdrukkingen. Eén zo'n moment is het liefde-op-het-eerste-gezicht op het einde van het eerste bedrijf als Mélisande en Pelléas elkaar aankijken en je de vonken ziet vliegen.

Een vergelijkbaar moment, maar met een totaal ander effect, is het einde van die torenscène. Mélisande staat tussen Golaud en Pelléas. Magdalena Kozena gaat eerst zitten, waarna de twee halfbroers elkaar aankijken. De aansluitende scène in de kelders van het kasteel draagt datzelfde gevoel van onbehangen. De Pelléas was Jean-François Lapointe, die onlangs ook Pelléas in Luik gezongen heeft. Ook hier was hij een schitterende Pelléas, alhoewel ik wel liever een een iets lichter gekleurde stem hoor voor Pelléas.

De kleinere rollen waren ook uitmuntend bezet. Marie-Nicole Lemieux zong Geneviève. Ondanks haar jonge leeftijd kan ze toch doen geloven dat ze de moeder is van Pelléas en Golaud. Ze moet haar stem daarvoor niet kunstmatig verouderen, maar doet dit gewoon door haar frasering en nuancering zodanig aan te passen dat het ritme natuurlijk aansluit bij de rol. Gregory Reinhardt heeft een prachtig resonant timbre in petto voor Arkel, alleen omsluiert dat soms zijn uitspraak. De dokter van Yuri Kissin klinkt sterk gelijkaardig, maar is een maatje kleiner. Tenslotte werd Yniold gezongen door de zeer jeugdig klinkende sopraan van Amel Brahim Djelloul.

Publicatie: zondag 24 juni 2007 om 21:10
Rubriek: Opera